Het oor wil ook wat - door Max Majorana.

december 26, 2011

JAARLIJSTJE 2011

01/Alamo Race Track - Unicorn Loves Deer

Speels en gelaagd, zo klinkt de muziek van Alamo Race Track anno Unicorn Loves Deer. In de nieuwe bezetting komen de inventieve liedjes van Ralph Mulder nog beter tot hun recht dan op voorgaande albums. De dwarse groeibriljantjes doen mij bij tijd en wijlen denken aan Neill Young, maar ook erg aan Clap Your Hands Say Yeah. Een Nederlandse band om trots op te zijn, kortom, en wier buitenlands succes hen is gegund. Tevens de eerste keer dat een Excelsiorplaat bij mij op nummer één belandt.

02/Mogwai - Hardcore Will Never Die, But You Will

Die albumtitel is profetisch. Postrock is niet dood. Het hard/zacht-trucje is dood (voor het moment, althans). Dat is iets heel anders en dat werd eens tijd ook. Mogwai, een van de grondleggers van het heden ten dage door velen opgegeven genre, evolueert wel degelijk. De nieuwe muziek is nog even meeslepend en beheerst als op eerdere platen, maar treft veel directer doel. Die ´straightforwardness´ is echt een geweldig pluspunt dat aandacht verdient. Hardcore is gewoon een heerlijke instrumentale en pretentieloze rockplaat van een band die het worst zal wezen dat de hype blijkbaar is gaan liggen.

03/Anna Calvi – Anna Calvi

De talentvolle Anna Calvi werd in de competitie voor de Mercury Prize, de enige die er echt toe doet, afgetroefd door de veteraan PJ Harvey. Daar valt wat voor te zeggen – vooral door anderen. Hoe dan ook is haar nominatie meer dan terecht. Als dochter van Edith Piaf en Nick Cave (en met Ennio Morricone als aangetrouwde oom van wie ze gitaar leerde spelen, zo kan ik me voorstellen) maakte de jonge Britse een indrukwekkend debuut dat bol staat van de grillige, romantische, maar bovenal trefzekere popsongs.

04/Atlas Sound - Parallax

Bradford Cox is als frontman van Deerhunter en als solo-artiest een ultiem rolmodel: eigenzinnig, intelligent, nuchter, en muzikaal gezien steeds toegankelijker. Tegelijkertijd is hij een typische anti-held die zich kwetsbaar durft op te stellen. Doorgaans komen deze zaken in virtuele indierockkringen neer op hetzelfde. Mijn favoriete boomlange slungel was hoe dan ook de eerste die een zogenaamde slaapkamerplaat ook daadwerkelijk in pyama uitvoerde, vorige maand in een hotellobby in New York. Jammer dat daar geen degelijk materiaal van beschikbaar is. Het zijn dit soort spitsvondigheden die het hem voor mij doen. Wat dat betreft is er ook goed nagedacht over deze officieuze clip bij albumopener The Shakes, een heerlijk kabbelend maar triest nummer over roem en vergankelijkheid. Andere hoogtepunten: het feeërieke Te Amo en het melancholische Terra Incognita.

05/Wild Beasts - Smother

Deze fauvisten staan voor fraai gezongen en technisch vernuftige, kortom aan perfectie grenzende indiepop. Smother bevat minder krakers voor de dansvloer dan zijn roemruchte voorganger, maar is dan ook vooral een plaat die je draait wanneer jij en je liefje ´s avonds weer thuis komen. Niet zomaar een album over seks; maar muziek op zijn sensueelst.

06/Mazes - A Thousand Heys

Rechtstreeks uit de garage; ieder jaar is er weer zo een springerig debuut waar de opwinding van af druipt. Vooral ten opzichte van bijvoorbeeld het geroemde Yuck is Mazes een verademing: eveneens een Britse band die maakt wat Amerikanen in de jaren ´90 al speelden, maar dan een stuk vrolijker. De invloed van Stephen Malkmus en J Mascis is onbetwistbaar, maar het leuke aan Mazes is dat er na meerdere keren luisteren even goed een Britse groep als Blur doorklinkt. Een slimme copycat dus, en een plezierige plaat. Wat mij betreft de beste band uit de hele revivalscene.

07/British Sea Power - Valhalla Dancehall

British Sea Power - "Who's In Control" from British Sea Power on Vimeo.


Een van mijn lievelingsbands bracht dit jaar een plaat uit. Weliswaar niet hun beste tot nu toe, maar wel met het meest tot de verbeelding sprekende nummer van 2011, waarin De Demonstrant de hoofdrol opeist. Sometimes I wish protesting was sexy on a saturday night.

08/St. Vincent - Strange Mercy

Geweldige clips maakt St. Vincent toch. Steeds net zo geestig, poppy en absurd als de sprankelende muziek zelf. Strange Mercy klinkt zoals Actor - #6 in 2009. De coproductie was wederom in handen van John Congleton, met het verschil dat het nu eens een potentieel bescheiden hit bevat. Heerlijke indiepop, zo gelikt dat je er haast bang van wordt.

09/School Is Cool - Entropology

Titelkandidaat tot het moment dat de langverwachte plaat daadwerkelijk uit kwam. Na ze tal van keren live te hebben gezien moet ik zeggen dat het pseudobarokke geluid van Entropology mij soms toch wat al te geforceerd over komt. Desalniettemin blijft het merendeel van de nummers staan als een huis, de kwaliteit van het materiaal is immers goed. En dit is niet het moment om te zeiken. Veel beloften inlossende band! Ga dat bekijken!

10/Roosbeef - Omdat Ik Dat Wil

Twijfelaars zouden het volgende toch moeten inzien; het openingsnummer van Omdat Ik Dat Wil is van een dermate hoog niveau dat alle rafelige, naïeve liedjes van Roos Rebergens primeur er bij verbleken. Exit Tjeerd Bomhof, enter Tom Pintens, en zie daar! Een iets diepere en minder springerige plaat dan het debuut. Je kunt er over twisten. Hoe dan ook: het meisje wordt beetje bij beetje een vrouw.

Geen opmerkingen:

Blogarchief


zie ook http://www.damusic.be